Er is een speciaal rasstandaard voor de Yorkshire Terriër. Er zijn een aantal dingen waarop geselecteerd wordt bij het fokken van de Yorkshire Terriër.

Algemeen beeld
Het algemene beeld van de Yorkshire Terriër is een langharige vacht die volkomen glad naar beneden hangt. De vacht is gelijk verdeeld over de twee kanten, met een scheiding die vanaf de neus tot het einde van de staart loopt. De Yorkshire Terriër loopt met het hoofd omhoog.

.

Hoofd
Het schedel moet vrij klein en vlak zijn, het schedel mag niet te zwaar of te rond zijn. De neus moet zwart zijn en de voorsnuit mag niet te lang zijn.

De kaak moet regelmatig en de tanden moeten compleet zijn. De tanden van het bovengebit mogen net over de voorzijde van de tanden van het ondergebit zijn. De tanden moeten loodrecht ingeplant zijn en van gelijke lengte zijn.

De ogen zijn middelmatig van grootte. De ogen zijn donker en levendig met een scherpe uitdrukking. De ogen zijn zo geplaatst dat de Yorkshire Terriër recht vooruit kijkt. De ogen mogen niet uitpuilen en de randen van de oogleden moeten donker van kleur zijn.

De oren moeten klein en V-vormig zijn. Ze worden staand gedragen en ze staan niet te ver van elkaar af. De oren zijn bedekt met kort haar.

.
Lichaam
De hals heeft een goed lengte. Het lichaam zelf is compact. De Yorkshire Terriër heeft een rechte rug en goede lendenen. De ribben hebben een gematigde welving.

De staart werd gebruikelijk gecoupeerd, maar dit is verboden sinds 2011. Een gecoupeerde staart is van gemiddelde lengte met veel beharing. De staart is donkerder blauw dan de rest van het lichaam. De staat wordt iets hoger gedragen dan de ruglijn. Een ongecoupeerde staart heeft dezelfde eisen als een gecoupeerde staat, alleen heeft de staart in dit geval de natuurlijke lengte nog.


Voorhand en achterhand
De voorhand moet volkomen recht zijn en goed bedekt met haar. Het haar mag niet hoger zijn dan de elleboog en de kleur is warm goudkleurige tan.

De achterhand moet van achteren gezien volkomen recht zijn met een gematigde hoeking van het kniegewricht. De achterhand moet goed bedekt zijn met haar en het haar mag niet hoger zijn dan de knie. De kleur is warm goudkleurige tan. De voeten moeten rond zijn met zwarte nagels.

De Yorkshire Terriër moet vrij zijn in de beweging. De Yorkshire Terriër moet een goed uitgrijpende voorhand en achterhand hebben met behoud van een rechte bovenbelijning.

Beharing
Op het lichaam moet het haar gematigd lang, perfect glad, glanzend, zijdezacht van structuur zijn. De vacht mag niet krullen of wollig zijn en mag het bewegen niet verhinderen. De Yorkshire Terriër heeft een lange baard met warm, gouden tan kleur. De zijkant van het hoofd is donkerder van kleur, vooral bij de ooraanzet en op de voorsnuit. De kleur tan van het hoofd mag niet doorlopen in de hals. Ook mag er geen roetkleurige of donkere haren vermengd zijn met de kleur Tan.

De kleur van de beharing is donker staalblauw vanaf de achterhoofdsknobbel tot aan de staart aanzet. Het mag nergens vermengd zijn met bruinkleurige, bronskleurige of donkere haren. Het haar op de borst moet warm en helder tan zijn. Al het tankleurige haar moet aan de wortel donkerder zijn dan in het midden. Vanaf het midden naar de uiteindes wordt het nog lichter.

De Yorkshire Terriër mag maximaal 3,1 kg wegen.


Zelf vind ik dat de eisen van de Yorkshire Terriër redelijk goed zijn, alleen vind ik dat er andere eisen gesteld mogen worden aan bijvoorbeeld de vachtlengte. De vacht van de Yorkshire Terriër mag veel korter. Zo kun je ook sneller zien of de Yorkshire Terriër lichamelijk gezond is.